Artistieke impressie van de COROT ruimtetelescoop die op exoplaneten jaagt
Foto: ESA / CNES

Aangezien exoplaneten zich te ver van de Aarde bevinden, deze zelf geen licht uitstralen en zich meestal heel dicht bij hun ster bevinden, kunnen deze dus niet ontdekt worden via traditionele technieken zoals optische telescopen maar zal men een ontdekking van een exoplaneet meestal afleiden uit indirecte waarnemingen met de daarop gebaseerde berekeningen. Slechts in heel uitzonderlijke gevallen, wanneer een exoplaneet extreem groot en nog zeer jong is, kan men dit object waarnemen door middel van een zeer sterke telescoop. In de meeste gevallen kan de aanwezigheid van planeten rondom andere sterren aangetoond worden via andere en meer complexe manieren.

Een eerste manier van ontdekken is meten of er een wijziging in de draaiing van een ster is, die kan worden veroorzaakt door de sterke zwaartekrachtaantrekking van een planeet. Wanneer een planeet voldoende groot is, kan deze ervoor zorgen dat de ster ietwat in de richting van de planeet wordt aangetrokken waardoor ze dan eigenlijk allebei draaien rondom een gemeenschappelijk zwaartepunt.

De tweede methode om exoplaneten te ontdekken, is die waarbij astronomen kijken of de ster afgedekt wordt door een planeet die er zich rondom heen beweegt. Doordat de planeet zich voor de ster zal begeven, zal de lichtintensiteit veranderen van deze ster en kan men berekenen wat de omloopsnelheid is van de exoplaneet. Op deze manier werd op 5 november 1999 bij de ster HD 209458 een planeet ontdekt in het sterrenbeeld Pegasus.

Nog een manier om exoplaneten te ontdekken, is gebruik maken van het zogenaamde microlenseffect dat ontstaat door een ster en een planeet die voor een achterliggende ster schuiven. De zwaartekracht van dit planetenstelsel zal ervoor zorgen dat het licht van de achterliggende ster afgebogen wordt en veroorzaakt een uitstulpsel op het lenseffect. Dankzij deze methode werden in het verleden al exoplaneten ontdekt die een massa hadden van slechts 5 tot 15 maal die van de Aarde. De eerste ontdekking van een exoplaneet via het microlenseffect vond plaats op 22 juni 2003.

Bij speciale sterren, zoals pulsars, kunnen astronomen de pulsen die deze ster op regelmatige tijdstippen uitzendt, onderzoeken om te zien of er zich geen afwijkingen in voordoen. Wanneer blijkt dat de timing van deze uitgezonden pulsen afwijkingen vertoont, kan dit wijzen op de aanwezigheid van een planeet in de buurt van deze ster.

Kris Christiaens

K. Christiaens

Medebeheerder & hoofdredacteur van Spacepage.
Oprichter & beheerder van Belgium in Space.
Ruimtevaart & sterrenkunde redacteur.

Dit gebeurde vandaag in 2004

Het gebeurde toen

Vanop de Vandenberg lanceerbasis in Californië wordt met behulp van een Delta II raket de Amerikaanse Gravity Probe B zwaartekrachtmeter in de ruimte gebracht. Met deze satelliet kon men zeer nauwkeurig het zwaartekrachtveld van de Aarde meten om de relativiteitstheorie aan de werkelijkheid te toetsen. De missie stond onder leiding van NASA's Marshall Space Flight Center in Huntsville, Alabama en het idee voor deze missie was afkomstig van de Stanford-universiteit in Californië die dan ook de ontwikkeling van het eigenlijke meetinstrument op zich nam. De satelliet bestond uit vier cryogene gyroscopen, een telescoop en een platform waarop alles werd gemonteerd. Foto: NASA

Ontdek meer gebeurtenissen

Redacteurs gezocht

Ben je een amateur astronoom met een sterke pen? De Spacepage redactie is steeds op zoek naar enthousiaste mensen die artikelen of nieuws schrijven voor op de website. Geen verplichtingen, je schrijft wanneer jij daarvoor tijd vind. Lijkt het je iets? laat het ons dan snel weten!

Wordt medewerker

Steun Spacepage

Deze website wordt aan onze bezoekers blijvend gratis aangeboden maar om de hoge kosten om de site online te houden te drukken moeten we wel het nodige budget kunnen verzamelen. Ook jij kunt uw bijdrage leveren door ons te ondersteunen met uw donatie zodat we u blijvend kunnen voorzien van het laatste nieuws en artikelen boordevol informatie.

44%

Sociale netwerken