Astronomen hebben met behulp van ALMA een zeer gedetailleerde opname gemaakt van twee schijven waarin zich jonge sterren aan het vormen zijn. De stellaire tweeling wordt gevoed door een ingewikkeld gevormd netwerk van filamenten van gas en stof. De waarnemingen van dit opmerkelijke fenomeen werpen nieuw licht op de vroegste levensfasen van sterren en helpen astronomen ontdekken onder welke omstandigheden dubbelsterren geboren worden.
Deze foto van het actieve stervormingsgebied NGC 2467 – ook wel de Doodshoofd-met-gekruiste-beenderen-nevel genoemd – is even onheilspellend als mooi. De kleurrijke opname van stof, gas en heldere jonge sterren, die door de zwaartekracht bijeen worden gehouden in de vorm van een grijnzend doodshoofd, is vastgelegd met het FORS-instrument van de Very Large Telescope (VLT) van ESO. Hoewel de telescopen van ESO doorgaans worden gebruikt voor het verzamelen van wetenschappelijke gegevens, kunnen ze ook foto’s zoals deze maken, die mooi zijn van zichzelf.
Nieuwe beelden van het SPHERE-instrument van de Very Large Telescope van ESO tonen de stofrijke schijven rond nabije jonge sterren in meer detail dan ooit tevoren. Ze laten een bizarre verscheidenheid aan vormen, afmetingen en structuren zien, inclusief de waarschijnlijke effecten van planeten die zich nog aan het vormen zijn. Met het SPHERE-instrument van ESO’s Very Large Telescope (VLT) in Chili kunnen astronomen het heldere schijnsel van nabije sterren onderdrukken, om zo een beter beeld te krijgen van wat zich in de onmiddellijke nabijheid ervan bevindt. Deze verzameling van nieuwe SPHERE-opnamen vormt slechts een kleine steekproef van de grote verscheidenheid aan stofrijke schijven die rond jonge sterren worden aangetroffen.
Op deze spectaculaire groothoekopname is een kronkelige donkere wolk van kosmisch stof te zien, die wordt aangelicht door het felle schijnsel van nieuwe sterren. Deze dichte wolk is een stervormingsgebied dat Lupus 3 wordt genoemd. Hier worden uit samentrekkende massa's gas en stof oogverblindend hete sterren geboren. De foto bestaat uit opnamen die zijn gemaakt met de VLT Survey Telescope en de 2,2-meter MPG/ESO-telescoop en is de meest detailrijke die tot nu toe van dit gebied is gemaakt.
De OmegaCAM-camera van de VLT-surveytelescoop van ESO heeft dit schitterende beeld vastgelegd van de stellaire kraamkamer Sharpless 29. Op de reusachtige foto zijn tal van astronomische verschijnselen te zien, zoals kosmisch stof en gaswolken die het licht van hete jonge sterren in de nevel weerkaatsen, absorberen en opnieuw uitstralen. Het afgebeelde hemelgebied is opgenomen in de Sharpless-catalogus van H II-gebieden: interstellaire wolken van geïoniseerd gas, rijk aan stervorming.
Op deze enorme nieuwe foto zijn wolken van karmozijnrood gas te zien, die worden verlicht door zeldzame, zware sterren die pas recent zijn ‘ontbrand’ en nog diep verscholen zitten in dikke stofwolken. Deze ziedend hete, zeer jonge sterren zijn slechts vluchtige spelers op het kosmische toneel en hun ontstaanswijze is nog steeds raadselachtig. Deze opname van de VLT Survey Telescope (VST) van de ESO-sterrenwacht op Paranal in Chili toont de uitgestrekte nevel waarin deze reuzen zijn geboren en de fascinerende omgeving daarvan.
Op deze nieuwe foto van de ESO-sterrenwacht op La Silla in Chili is een pas gevormde ster te zien die de kosmische wolken in zijn omgeving aanlicht. De stofdeeltjes in de uitgestrekte wolken rond de ster HD 97300 verstrooien het licht ervan zoals mist het licht van een autokoplamp verstrooit. Het resultaat is de reflectienevel IC 2631. Hoewel HD 97300 nu nog het stralende middelpunt vormt, is het stof dat hem zo opvallend maakt een voorbode van de geboorte van nog meer sterren, die de show wel eens zouden kunnen gaan stelen.
Astronomen die gebruik maken van de Atacama Large Millimeter/submillimeter Array (ALMA) hebben de sterkste aanwijzing tot nu toe gevonden dat in de schijven van gas en stof rond vier jonge sterren recent planeten zijn ontstaan die enkele malen zoveel massa hebben als Jupiter. Metingen van het gas rond de sterren geeft meer inzicht in de eigenschappen van deze planeten.
Voor het eerst is het element lithium aangetroffen in het materiaal dat door een nova is weggeblazen. Waarnemingen van Nova Centauri 2013, gedaan met ESO-telescopen op La Silla en in een sterrenwacht bij Santiago, beide in Chili, helpen verklaren waarom veel jonge sterren meer van dit element bevatten dan verwacht. Daarmee is een stukje van de puzzel van de chemische evolutie van de Melkweg gevonden waar astronomen al lang naar op zoek waren.
Astronomen hebben voor het eerst een compleet 3D-beeld geconstrueerd van de beroemde Pillars of Creation ('Pilaren van creatie') in de Adelaarsnevel, Messier 16. Ze deden dat met het MUSE instrument op ESO’s Very Large Telescope (VLT). De nieuwe beelden laten zien hoe de verschillende pilaren van stof zich ten opzichte van elkaar bevinden. De beelden onthullen veel nieuwe details inclusief een nog niet eerder waargenomen jet die uit een jonge ster komt.
De Duitse amateur-sterrenkundige Karl Ludwig Hencke ontdekt de planetoïde (6) Hebe. Deze planetoïde bevindt zich tussen de banen van de planeten Mars en Jupiter en heeft een gemiddelde diameter van ongeveer 186 kilometer. De baan rond de Zon is sterk ellipsvormig en de afstand tot onze ster kan variëren tussen de 2,914 en 1,937 astronomische eenheden.
Deze website wordt aan onze bezoekers blijvend gratis aangeboden maar om de hoge kosten om de site online te houden te drukken moeten we wel het nodige budget kunnen verzamelen. Ook jij kunt uw bijdrage leveren door ons te ondersteunen met uw donatie zodat we u blijvend kunnen voorzien van het laatste nieuws en artikelen boordevol informatie.