Zeven dagen na deze historische mijlpaal bracht een enorme antenne bij NASA's Deep Space Network Goldstone-complex een ander, veel groter object in beeld. Op 14 augustus 2021 passeerde een kleine asteroïde (NEA) genaamd 2021 PJ1 onze planeet op een afstand van ongeveer 1,7 miljoen kilometer. Tussen 20 en 30 meter breed vormde de recent ontdekte asteroïde geen bedreiging voor de aarde. Maar de nadering van deze asteroïde was historisch en markeerde de 1000ste NEA die in iets meer dan 50 jaar door planetaire radar werd waargenomen.
Toen in 1962 de toenmalige Amerikaanse president John F. Kennedy aan zijn volk beloofde dat de Verenigde Staten een mens op de maan zou brengen tegen het einde van dat decennium bleek al gauw dat tal van technologische problemen moesten overwonnen worden. Eén van deze problemen was de realisatie van een netwerk van volgstations dat zou instaan voor de communicatie met de astronauten. Het Apollo Range Instrumentation Aircraft (ARIA) speelde hierin een cruciale rol.
Sinds de ontwikkeling van de radio medio de jaren 1890, waren uitvinders zoals Nikola Tesla (1856-1943) en Guglielmo Marconi (1874-1937) ervan overtuigd dat men radio signalen uit het zonnestelsel kon ontvangen. Het duurde echter tot 1933 voordat de Amerikaanse radio ingenieur Karl Jansky (1905-1950) met zijn 30 m buizen-antenne "radio ruis" detecteerde vanuit het centrum van de Melkweg, ons sterrenstelsel. Radio astronomie was geboren en deze nieuwe subtak van de sterrenkunde werd snel uitgebaat door de Amerikaanse fysicus John Krauss (1910-2004) en de Amerikaanse amateur-astronoom Grote Reber (1911-2002).
Nadat de Sovjet-Unie op 4 oktober 1957 de kleine Sputnik 1 (84 kg) lanceerde, belandde het Amerikaanse ruimtevaartprogramma in een inhaalrace. Het zou echter tot februari 1958 duren vooraleer het Army Ballistic Missile Agency (ABMA) erin slaagde de Explorer 1 (14 kg) te lanceren. Uiteindelijk werd op 1 oktober 1958 het Amerikaanse ruimtevaart agentschap NASA (National Aeronautics & Space Administration) operationeel teneinde de bestaande ruimtevaart know-how uit militaire en civiele middens te bundelen in één administratie.
De laatste antenne voor de Atacama Large Millimeter/submillimeter Array (ALMA) is zojuist overgedragen aan de ALMA-sterrenwacht. De 12 meter grote schotel is vervaardigd door het Europese AEM Consortium en completeert de succesvolle overdracht van in totaal 25 Europese antennes – het grootste ESO-contract tot nu toe.
Sinds de ontwikkeling van de radio in de jaren 1890, waren uitvinders zoals Nikola Tesla (1856-1943) en Guglielmo Marconi (1874-1937) ervan overtuigd dat men signalen uit het zonnestelsel kon ontvangen. Het duurde echter tot 1933 voordat de Amerikaanse radio ingenieur Karl Jansky (1905-1950), met zijn 30 m buizen-antenne “radio hiss” detecteerde vanuit het centrum van de Melkweg, ons sterrenstelsel.
Nadat de Sovjet-Unie op 4 oktober 1957 de kleine Sputnik 1 (84 kg) lanceerde, belandde het Amerikaanse ruimtevaartprogramma in een inhaal race. Het zou echter tot februari 1958 duren vooraleer het Army Ballistic Missile Agency (ABMA) erin slaagde de Explorer 1 (14 kg) te lanceren. Uiteindelijk werd op 1 oktober 1958 het Amerikaanse ruimtevaart agentschap NASA – National Aeronautics & Space Administration operationeel teneinde de bestaande ruimtevaart know-how uit militaire en civiele middens te bundelen in één administratie.
Het Deep Space Network (DSN) van het Amerikaanse ruimtevaartagentschap NASA is een internationaal netwerk van radioantennes die onbemande interplanetaire ruimtesondes begeleidt en voorziet van communicatie tijdens hun verre ruimtereizen. Dit netwerk wordt eveneens ingezet voor radioastronomie toepassingen en is een onderdeel van NASA's Jet Propulsion Laboratory (JPL). Het DSN bestaat uit drie grote grondstations waarvan zich één bevindt in Cailifornië en de twee overige zich in Spanje en Australië bevinden. Deze faciliteiten zijn van onschatbare waarde doordat de centra de onmisbare link zijn in de communicatie met ruimtetuigen die ons zonnestelsel verkennen.
Om radiogolven te ontdekken, gebruiken de wetenschappers grote parabolische 'schotels', gelijkaardig aan de veel kleinere satellietschotels die algemeen in vele huishoudens worden gebruikt om satelliettelevisie te ontvangen. Momenteel zijn de grootste parabolische radioschotels in de wereld de 305m diameter radiotelescoop van Aricebo, in Puerto Rico, en de 100m diameter radioantenne van Effelsburg, in Bonn, Duitsland.
De Duits-Franse astronoom Hermann Mayer Salomon Goldschmidt ontdekt de planetoïde 44 Nysa. Deze planetoïde draait in 3,77 jaar om de Zon, in een ellipsvormige baan die bijna 4° helt ten opzichte van de ecliptica. Het hemellichaam draait in 6,5 uur om zijn as en wordt door spectraalanalyse ingedeeld bij de E-type planetoïden.
Deze website wordt aan onze bezoekers blijvend gratis aangeboden maar om de hoge kosten om de site online te houden te drukken moeten we wel het nodige budget kunnen verzamelen. Ook jij kunt uw bijdrage leveren door ons te ondersteunen met uw donatie zodat we u blijvend kunnen voorzien van het laatste nieuws en artikelen boordevol informatie.