I.Werking
Na het maken van die eerste foto's heb je waarschijnlijk al vlug de drang naar
een systeem dat ervoor zorgt dat de sterren bij belichtingstijden langer dan
ong. 30 sec zich tonen als sterren, en niet als strepen. Of u wilt niet alleen
sterren fotograferen, maar ook de melkweg en deep-sky objecten zoals heldere
nevels, sterrenstelsels en sterrenhopen. Een goedkoop alternatief dat zelf te
maken is, is het volgplankje (vertaald van 'barndoor mount').
Het principe van het volgplankje berust op het roteren van de camera rond een
as die parallel staat met de aardas (of ongeveer de Poolster).
Het volgplankje bestaat uit twee plankjes, die aan de rechterkant verbonden
zijn met een scharnier. Het vaste plankje (dat dus niet zal bewegen), staat
zodanig gekanteld dat het naar de Poolster wijst. Met een bout met eraan gemonteerd
hendeltje kan de tweede plank weggeduwd worden van de eerste plank. De camera,
die zo dicht mogelijk bij het scharnier is gemonteerd, beweegt en roteert mee.
De snelheid van de rotatie van het tweede plankje moet zo zijn dat deze een
volledige ronde in n dag maakt. Dit is de ook de tijd waarin de sterren 1
ronde voltooien.
Hieronder zie je het algemene schema van een volgplankje.
Figuur 1: Het principe van het eenarmig volgplankje
Het onderste plankje staat gemonteerd op een fijne balk, waarin mogelijk onderaan schroefdraad kan gemaakt worden om op een fotostatief te passen. Je kunt de balk ook makkelijk vastmaken op een draagbare werkbank.
Figuur 2:Het volgplankje gemonteerd op een draagbare werkbank
De balk moet afgesneden worden om het plankje erop te monteren. De hoek van de helling is gelijk aan de graden van je geografische breedteligging. (maatstaf: Belgi/ng. 51? , Nederland ong.52-53?). Raadpleeg het internet of een atlas hiervoor.
Als een ster aan de hemel 2 graden verschuift, moet de hoek tussen de twee plankjes ook 2 graden groter worden. Het spreekt van zich dat het bewegen van het plankje precies moet gebeuren. Door middel van de bout wordt dit plankje bewogen. De snelheid van de rotatie van afhankelijk van drie factoren:
- De afstand van het duwpunt van de bout tot aan het scharnierpunt.
- De spoed van de bout. Dit wil zeggen: het aantal groeven per centimeter bout
- De draaisnelheid
Als we deze drie variabelen samennemen, kunnen we er een formule uit afleiden:
R = 1436.5 x [ds/ (2pi x sp)]
waarin R staat voor straal, ds voor draaisnelheid, en sp voor spoed. 1436.5 is het aantal minuten om een cirkel te voltooien.
vb.: je wil de afstand bepalen van het scharnierpunt tot duwpunt. Je beschikt over een bout met een spoed van 1 groef per millimeter of 10 schroefdraden per centimeter.. Een draaisnelheid van 1 toer per minuut is het meest geschikt voor de opstelling.
R = 1436.5 x [ 1/ (6.28 x 10)] = 22.9 cm
De afstand tussen scharnier en duwpunt zal dus 22.9 cm moeten zijn voor deze situatie. Dit is nogal weinig, en je kiest voor een makkelijkere optie. Je beschikt over een synchroonmotor (bv. de programmeerknop van een wasmachine) met een draaisnelheid van 1.5 toer per minuut. Je gebruikt terug een bout met spoed 10/cm.
R = 1436.5 x [1.5/ (6.28 x 10)] = 34.3 cm
De afstand is al handiger om praktisch te construeren en om te belichten hoef je enkel stroom aan te voeren naar de motor.
II.Fouten en verbeteringen
Het gewone volgplankje, de zogenaamde tangent-arm heeft enkele fouten. Doordat
de duwbout loodrecht gemonteerd staat op het vaste plankje, verandert de duwplaats
tegen het bewegende plankje. Of met andere woorden gezegd: de hoeksnelheid verandert
naarmate het plankje verder geduwd wordt.
Om dit te verduidelijken een voorbeeld: Als je de bout 2 toeren opschuift, zal
de hoek bv. 1? toenemen. Bij de volgende twee toeren zal deze hoeksnelheid nog
maar 1.8? zijn. Met alle gevolgen van dien zal na een bepaalde tijd de camera
toch achterlopen tegenover de sterren, waardoor ze als strepen verschijnen.
Bij een eenvoudig standaardvolgplankje zal deze fout optreden na ongeveer 10-15
minuten.
Om deze fout te stabiliseren, werd het 'isoscelen-plankje' gemaakt. Hier zijn 2 correcties aangebracht die de maximale belichtingstijd verdubbelen:
- De hoek van de schroef tegenover de grondplank is veranderlijk.
- Het schroefeinde draait altijd in hetzelfde punt.
Het technische aspect van deze correcties worden besproken in het artikel 'De scotch mount'. De hoek tussen de schroef en de grondplank verandert constant tijdens het aandrijven van de schroef, waardoor een systeem werd bedacht om dit draaibaar te maken. Ook voor het duwpunt is een effici´ systeem bedacht.
Het isoscelen-plankje is al vrij nauwkeurig, maar belichtingen
langer dan halfuur zullen nog altijd (kleine) fouten opleveren. Daarom werd
een derde soort volgplankje uitgedacht, de dubbelarmige volgplank of scotch
mount. De scotch mount is theoretisch gezien perfect juist, en je zou er zolang
mee kunnen belichten zoals je wilt.
Het volledige toestel bestaat uit een grondplank, een aandrijfarm en een camera-arm.
A en B zijn de twee scharnierpunten. Als de aandrijfarm zich opent,
schuift het blokje van de camera arm over de aandrijfarm, en opent die zich
mee.
Het systeem van de scotch mount is berust op het feit dat de tweede arm (= de
camera-arm) de fouten die de aandrijfarm nog tegenhoudt om lange belichtingstijden
te maken, compenseert. De scotch mount bereikt veruit de nauwkeurigheden van
een motorisch aangedreven equatoriale montering, als de poolafstelling goed
gebeurd is en de volgnauwkeurigheid groot genoeg is
Hieronder zie je een foto van een mooi afgewerkte motorische scotch mount: