De Apollo 13 Command Module
Foto: NASA

Na de succesvolle missies en landingen op het maanoppervlak van de Apollo 11 en 12 ruimtemissies werd de Apollo 13 aanzien als een vervolg hierop. Opnieuw zouden drie astronauten gelanceerd worden door een krachtige Saturn V raket en zouden twee ervan een zachte landing maken op de Maan om er een tijd te verblijven. De crew die hiervoor geselecteerd werd, bestond uit gezagvoerder James A. Lovell die hiervoor al driemaal een ruimtereis gemaakt had en op dat moment één van de meest ervaren Amerikaanse astronauten was. Lovell kon ook rekenen op de steun van John Swigert die Command Module Pilot was en Fred Haise die als functie Lunar Module Pilot had.

Zowel Swigert als Haise hadden op dat moment nog nooit een ruimtereis gemaakt. Swigert werd op het laatste moment maar opgeroepen voor deze missie doordat zijn voorganger Thomas Mattingly plots leed aan rubella (rode hond) en hierdoor zijn zitje in de Apollo 13 missie moest overlaten aan een astronaut uit de back-up crew. Vele mensen en critici, waaronder ook enkele familieleden van de astronauten, waren voor het lanceren van de Apollo 13 van mening dat de Amerikaanse ruimtevaartorganisatie NASA deze missie nooit de naam Apollo 13 had mogen geven omdat velen geloofden in het ongeluk dat schuilt achter dit getal. Ze vreesden voor het verloop van de missie maar de NASA hechtte hier geen belang aan en de missie kreeg toch de naam Apollo 13.

Apollo 13
De Apollo 13 crew - Foto: NASA

Na de lancering deed zich al een eerste ernstig probleem voor dat op dat moment de crew in groot gevaar kon brengen. Tijdens het ontsteken van de raketmotor van de tweede rakettrap merkten ingenieurs op dat zich enorme vibraties voordeden op deze rakettrap en ervoor zorgden dat het hele geraamte, of frame, tot 8 centimeter bewoog. Wanneer een raket zich tegen een enorme snelheid vooruit beweegt, zijn de geringste bewegingen schadelijk voor de constructie ervan en kan dit leiden tot het uit elkaar spatten of exploderen van de raket. Gelukkig bleef het bij de Apollo 13 lancering allemaal goed verlopen en werd de raketmotor van de tweede trap, zoals gepland, automatisch gestopt waarna deze werd afgestoten en de derde rakettrap tot ontbranding werd gebracht.

Apollo 13
Lancering van de Apollo 13 - Foto: NASA

Zoals alle voorgaande Apollo ruimtereizen naar de maan werd ook de Apollo 13 commandomodule met maanlander door de derde trap van de Saturn V raket tegen hoge snelheid uit een baan om de Aarde gebracht en begon de crew aan een lange reis naar de maan. Tijdens deze reis naar de maan hield de crew zich vooral bezig met het controleren van alle systemen en begonnen de drie astronauten één voor één aan een rustpauze van enkele uren. Op een afstand van 321 860 kilometer van de Aarde, op 14 april 1970, werd gevraagd aan de crew door het vluchtleidingscentrum om een "cryo stir" uit te voeren. Hiermee bedoelde men dat de zuurstoftanks, die zich in de commandomodule bevonden, automatisch moesten gemengd worden. Op het moment dat men deze handeling uitvoerde, deed zich plots een zware explosie voor achteraan in de commandomodule en kreeg men door astronaut Swigert de volgende zin te horen in het vluchtleidingcentrum: "Okay, Houston, we have a problem here!". Op dat moment wist men zowel in de Apollo ruimtecapsule als in het vluchtleidingcentrum niet wat er aan de hand was en ging men er van uit dat het ruimtetuig getroffen was door een meteoriet. Na het controleren van de meetinstrumenten zag men dat de twee zuurstoftanks van de commando module leeg liepen. Doordat deze zuurstof ook nodig was om elektriciteit op te wekken, wou dit zeggen dat de commando module na een tijd volledig zou uitvallen en onbruikbaar zou worden waardoor de levens van de crewleden op het spel stonden. Na enkele minuten van bang afwachten zag men in de cockpit van de Apollo 13 commandomodule hoe de meeste meetinstrumenten begonnen uit te vallen. Het vluchtleidingscentrum besloot onmiddellijk om de maanlanding te annuleren en de crew zo vlug mogelijk terug te laten keren naar de Aarde.

Apollo 13
Het NASA vluchtleidingcentrum in Houston - Foto: NASA

Toen de Apollo commandomodule met maanlander eraan vastgekoppeld, zich bijna in een baan om de maan bevond, werd beslist om de drie astronauten tijdelijk te laten werken en leven in de maanlander en niet in de commando module doordat de temperatuur daar zeer snel aan het dalen was en de zuurstof op raakte. Gelukkig beschikte de maanlander over een eigen energiebron en zuurstoftanks maar het nieuwe probleem dat zich nu voordeed was dat de maanlander voorzien was voor twee astronauten en niet voor drie waardoor de elektriciteit en zuurstof van deze maanlander sneller zou opraken dan gewoonlijk. De maanlander was nu verandert in een "reddingsboot" en over de hele wereld onderbraken televisie zenders hun programma's om de mensen te informeren over dit tragedie die zich afspeelde op weg naar de maan. Ingenieurs op Aarde hadden ondertussen de berekening gemaakt dat de drie astronauten vier dagen zouden moeten leven in de maanlander terwijl deze terugkeerde naar de Aarde maar deze was maar ontworpen om twee astronauten gedurende twee dagen te laten werken en wonen. Men moest dus op zoek gaan naar oplossingen om de crew in de maanlander vier dagen in leven te houden. Het grootste probleem was dat de luchtfilters in de maanlander het geen 4 dagen zouden uithouden en men kon geen reserve luchtfilters uit de commando module gebruiken voor in de maanlander want deze hadden niet dezelfde afmetingen. Tientallen ingenieurs en technici op Aarde en in het vluchtleidingscentrum gingen op zoek naar een manier om deze luchtfilters toch te kunnen laten functioneren gedurende 4 dagen. Hiervoor had men na een tijd een adapter uitgevonden die de crew aan boord van de Apollo 13 maanlander kon maken uit materiaal dat in de maanlander beschikbaar was. Opnieuw deed zich een onverwacht probleem voor doordat de crew geen plan had van deze adapter en stap voor stap elke handeling moest nadoen die men via de radio vanuit het vluchtleidingscentrum doorstuurde.

Apollo 13
Astronaut John Swigert probeert de geïmproviseerde adapter in elkaar te knutselen
aan boord van de maanlander - Foto: NASA

Ondertussen stevende de verlaten commandomodule met de maanlander af op de maan en werd, na lange en harde discussies onder de vluchtleiders op aarde, beslist om de raketmotor van de maanlander tot ontbranding te brengen. Door deze ontbranding zou men het hele gevaarte in een juiste baan naar de Aarde brengen. Tijdens vorige maanmissies werd dit manoeuvre uitgevoerd door de raketmotor van de commandomodule maar doordat men op Aarde nog steeds niet de exacte oorzaak van de explosie wist nam men het risico niet om deze raketmotor opnieuw te laten branden. De raketmotor van de maanlander diende normaal om de maanlander zacht te laten landen op het maanoppervlak en men wist dus niet of deze krachtig genoeg zou zijn om een grote koerscorrectie te laten uitvoeren waardoor de Apollo capsule met maanlander zich in een baan om de maan zou bevinden. Gelukkig liep niet alles verkeerd tijdens deze missie en faalde de raketmotor van de maanlander niet waardoor de crew zich nu in een baan om de maan bevond en het oppervlak van de maan passeerde op 15 april op een hoogte van 254 kilometer. De crew passeerde het maanoppervlak aan de achterkant van de maan. Hierna werd de raketmotor van de maanlander opnieuw ontstoken om het ruimtetuig met commandomodule uit zijn baan om de maan te krijgen zodat men kon beginnen aan de terugkeer naar de Aarde.

Apollo 13
Foto genomen binnenin de maanlander. Deze geeft de geïmproviseerde luchtfilter weer - Foto: NASA

Gelukkig werkte de geïmproviseerde adapter voor de luchtfilters en kon de crew gedurende deze bange momenten heel de tijd verblijven in de maanlander. De temperatuur in de commando module was nu niet ver van het vriespunt meer en de zuurstoftanks waren helemaal leeg. Indien zich op de weg naar de Aarde nu iets zou voordoen in de maanlander zaten de drie bemanningsleden vast en zouden ze geen schijn van kans hebben op overleven. Tijdens de terugweg naar de Aarde begon men in het vluchtleidingscentrum de vraag te stellen of het hitteschild van de terugkeercapsule tijdens de explosie niet beschadigd zou geraakt zijn. Indien dit het geval zou zijn kon de crew aan boord van de Apollo 13 maanlander niet meer terugkeren naar Aarde. Men stelde zich ook vragen bij het opnieuw opstarten van de commandomodule, wanneer deze zich in een baan om de Aarde zou bevinden, want dit was iets wat nog nooit eerder was geoefend of getest. Toen de aarde groter en groter begon te worden en de crew zich begon klaar te maken voor de terugkeer, besliste men in het vluchtleidingscentrum om de terugkeercapsule en commandomodule van elkaar te scheiden met de maanlander er nog aangekoppeld. Tijdens voorgaande maanmissies werd steeds de maanlander eerst losgekoppeld en daarna telkens de terugkeer module van de commando gekoppeld. Opnieuw was dit een bang moment tijdens de Apollo 13 missie maar gelukkig deden zich tijdens dit manoeuvre ook geen problemen voor en bevond de maanlander met terugkeer capsule zich nu in een baan om de Aarde. Toen de commando module afgescheiden werd van de maanlander met terugkeer capsule zagen de drie astronauten voor het eerst de schade aan de commandomodule en kon men zien hoe de hevig de explosie moest geweest zijn.

Apollo 13
Deze foto werd genomen door de drie astronauten aan boord van de maanlander en hierop is
duidelijk de schade te zien die de commando module heeft opgelopen - Foto: NASA

De drie astronauten begaven zich nu naar de terugkeercapsule en begonnen één voor één alle instrumenten en onderdelen terug aan te schakelen. De onderdelen werkten bij het opstarten prima. Dit was te wijten aan veranderingen die ingenieurs uitgevoerd hadden aan de Apollo capsules na het ongeval met de Apollo 1 ruimtecapsule waarbij drie astronauten om het leven kwamen tijdens een brand. Toen de drie astronauten zich vastgemaakt hadden in hun zitjes van de terugkeercapsule, werd de maanlander afgestoten en begon de crew aan de terugkeer in de atmosfeer die opnieuw door de hele wereld met bange ogen zou gevolgd worden omdat men nog steeds niet wist of het hitteschild beschadigd zou zijn of niet. Na enkele lange minuten van bang afwachten kreeg men opnieuw radiocontact in het vluchtleidingscentrum met de crew en maakte deze een geslaagde landing in de Stille Oceaan op ongeveer 6 kilometer van het vliegdekschip dat hen later opviste.

Apollo 13 landing
Landing van de Apollo 13 terugkeer capsule - Foto: NASA

Na de goede terugkeer van de Apollo 13 crew startte men met een langdurig en grondig onderzoek om de oorzaak van deze ramp te kunnen achterhalen. Dankzij de goede samenwerking met de constructeurs en het bekijken en beluisteren van de logboeken, kon men zo stap voor stap een simulatie maken van wat er zich net voor de explosie had voorgedaan achteraan de commandomodule en kwam men tot de vaststelling dat verschillende componenten, zoals de thermostaat, de thermometer, de binnenkant van de brandstoftanks en de leidingen waardoor de gassen liepen, aan de oorzaak lagen van de explosie. De bemanning van de Apollo 13 wist meteen na hun terugkeer hoeveel geluk ze eigenlijk gehad hadden om dit te kunnen overleven. Deze missie zal voor eeuwig en altijd de geschiedenis ingaan als de meest spannende en zenuwslopende ruimtemissie ooit gemaakt door de mens. Na deze enge dagen besefte de NASA ook voor het eerst gevaarlijk het gebruik was van brandstoftanks met daarin vloeibare gassen. Wanneer deze worden gevuld, kan men ze vergelijken met bommen die op scherp staan en wachten tot wanneer ze afgaan. Ingenieurs van de NASA beslisten dan ook om bij volgende Apollo ruimtemissies de brandstoftanks verder uit elkaar te plaatsen en opnieuw betere leidingen en bedradingen te gebruiken.

Apollo 13
De drie astronauten van de Apollo 13 missie worden veilig en wel teruggebracht na hun landing op het
vliegdekschip USS Iwo Jima - Foto: NASA

Kris Christiaens

K. Christiaens

Medebeheerder & hoofdredacteur van Spacepage.
Oprichter & beheerder van Belgium in Space.
Ruimtevaart & sterrenkunde redacteur.